Woelige wateren

Even een update.

Ik heb Catharina nog steeds niets gestuurd. Ik ging er te fel in op. Dat deed ik in het verleden ook en is verre van gezond voor mij. Ik heb er dus bewust voor gekozen om het hele gebeuren even te laten zakken en pas iets te sturen als ik me stabiel genoeg voel en als ik goed weet met welke redenen ik het doe. Zij heeft een vriendin en ik heb een vriendin. Moeilijkheden daarrond zijn dus absoluut te vermijden. 

Verder staat alles een beetje onder hoogspanning met Stan. Maandag is -eindelijk – de ondertekening van de akte van echtscheiding in onderlinge toestemming en ik ben er nog steeds niet van overtuigd dat er niets meer gaat tussenkomen. Vorige week woensdag is de politie nog moeten komen bemiddelen bij de laatste verdeling van goederen in mijn (vroeger: ons) huis.  

Het doet me wel iets hoor. 14 jaar waarvan 10 jaar getrouwd wordt van de kaart geveegd met een simpele handtekening. Ik heb voor alle zekerheid maandag gans de dag verlof genomen. Ik weet niet hoe ik me achteraf ga voelen. 

We hebben het goed gehad samen, tot aan zijn eerste burn-out, zo’n 4 jaar geleden. Maar Stan kan nog steeds niet op eigen benen staan. Sinds deze week is hij niet meer in opname (sinds augustus), maar gaat in dagtherapie. Hij blijft bij zijn ouders wonen, wat ook een vrij giftige omgeving is voor hemzelf en de kinderen, zoals hij zelf ook zegt. Vandaag stelde Stan zelf voor om de huidige regeling rond de kinderen nog aan te houden voor enige tijd. De jongens zijn sinds kort 1 nacht per week bij hun papa. De ene week van vrijdagavond tot zaterdagavond. De andere week van zaterdagmorgen tot zondagavond. Aangezien ik elke zaterdag werk, heb ik slechts 1 dag (zondag) elke 14 dagen voor mezelf. Dit is soms wel zwaar. Al prijs ik me ook heel gelukkig dat ik mijn kinderen zoveel bij me heb. 

In de EOT staat dat we voor co-ouderschap kiezen. In praktijk is dit dus niet het geval. Maar ik ben blij dat Stan na al die jaren eindelijk zichzelf voorop stelt ipv die 50% tijd met de jongens te benutten owv zijn eergevoel. Toen we nog samen waren, zorgde ik ook voornamelijk alleen voor hen. Hij ging constant werken tot hij opgebrand maanden/jaren noodgedwongen thuis zat en ook nergens energie voor had. 

Soms heb ik het gevoel alsof ik altijd heb geweten dat ik er ooit alleen voor zou staan. Tijdens ons huwelijk had ik altijd graag de touwtjes stevig in handen, voor-in-het-geval-dat. Mijn jeugd heeft me die houding eigenlijk ook aangeleerd. Ik kon alleen op mezelf terugvallen, niet op mijn ouders. Tot op de dag van vandaag vraag ik niet graag hulp en doe ik graag alles alleen. Afhankelijk zijn van anderen geeft me een ongemakkelijk gevoel. Ik wantrouw anderen makkelijk. Al probeer ik er aan te werken en is het al veel verbeterd tov enkele jaren geleden. 

Als tegenreactie hierop stelde ik me overdreven afhankelijk en aanhankelijk op naar bepaalde onbereikbare vrouwen. Maar ook daar ben ik me van bewust geworden. Vandaar ook dat ik het onderwerp ‘Catharina’ bewust even laat zakken. Ik wil niet opnieuw in ongezonde patronen vallen van weleer. 

Stan zei me daarstraks nog dat mensen in zijn omgeving bang zijn dat ik de kinderen van hem ga afnemen omdat hij zo open is tegen mij over zijn mentale gezondheid. Ik vroeg of hij daar ook bang voor was. Zijn antwoord was: nee, niet meer. Ik heb weinig tot geen vooroordelen over mensen in een psychiatrische instelling. Ik heb het zelf jarenlang ontzettend zwaar gehad. Ik heb zowat tot mijn 30 jaar alle dagen met doodgaan in mijn hoofd gezeten, enkel om de dag te kunnen doorkomen. Ik word nog elke dag beter en sterker. Ik ben nog steeds in therapie bij Kirsten, waar ik nu al 13 jaar ga. Afgelopen week zei ze me nog dat ze zo fier is op wat ik allemaal al bereikt heb. Als zij dat zegt, dan betekent dat enorm veel voor me! 

Maar ik heb dus weinig tot geen vooroordelen. Dit is ook wel dankzij Jenna, mijn vriendin die euthanasie kreeg op basis van ondraaglijk psychisch lijden. Ik heb haar jarenlang bezocht in verschillende instellingen die ik niet meer op één hand kan tellen. De psyche is zo’n complexe materie. Ik ben Jenna gevolgd tot aan haar sterfbed. Ik heb haar zien sterven. Tot op vandaag is dat het meest ingrijpende wat ik ooit gezien heb: van een goedlachse, fysisch gezonde meid naar iemand die in nauwelijks 5 minuten tijd gestorven is nadat ze dat gifdrankje gedronken had. 

Ik ben niet bang voor de psychiatrie. Het is zo jammer dat er een stigma op kleeft. Ik vertrouw Stan nog steeds met de kinderen. Hij heeft het beste met hen voor. Hij zal misschien over zijn grenzen gaan, maar de kinderen zullen er die ene dag per week niet al teveel van merken. Structuur in hun eten etc krijgen ze mee van hun grootouders. Stan kan zich focussen op de kinderen zonder alle andere huishoudelijke beslommeringen erbij te moeten nemen. Dat stelt me wel gerust. En ik ben ook blij dat hij beseft dat 50/50 nog teveel is voor hem momenteel. Zo zal ik er gaandeweg hopelijk ook weer op kunnen vertrouwen dat hij alle beslissingen weloverwogen neemt met het welzijn van hemzelf en de kinderen in zijn achterhoofd. 

2017: het bewogen jaar van mijn echtscheiding en mijn coming-out. 

Ik hoop dat ik in 2018 in rustiger vaarwater terecht kom.

Luisteren (naar mezelf)

Na mijn laatste berichten hier heb ik alles bewust even laten zakken. Ik wou en wil Catharina nog steeds een berichtje via fb sturen, maar wist niet goed wat ik hiermee nu precies wou bereiken. 

1. Ze heeft een lief.

2. Ik heb een lief.

3. Het verleden moet je kunnen loslaten.

Deze volgorde klopt eigenlijk al niet. Op de eerste plaats zou moeten staan dat ík een lief heb. Maar als ik me te hard laat gaan in mijn gedachten en dromen dan zou ik alles blijkbaar laten wijken voor Catharina. Verontrustend vind ik. Want dat is de Lisse zoals ze in het verleden zou reageren, maar die persoon ben ik toch niet meer? 

Bovendien gaat het de laatste tijd (hout vasthouden) eigenlijk heel goed tussen Hanne en mij. 

Ik heb nog iets te doen in mijn persoonlijke evolutie. Ergens geloof ik er toch in dat ik nog iets af te sluiten heb. 

Parentificatie in mijn jeugd heeft er vanaf mijn 14 voor gezorgd dat ik die obsessionele verlangens voor bepaalde vrouwen kreeg. Lize negeert mijn vraag om iets af te kunnen sluiten. Misschien wil Catharina wél op mijn verzoek ingaan? Maar dan moet ik mijn vraag aan haar wel duidelijk omlijnd in mijn hoofd houden als ik haar contacteer. Alleen ben ik heel bang dat ik haar wegjaag als ik de waarheid vertel: dat ik tot over mijn oren verliefd was op haar, haar op een voetstuk plaatste, mijn hele leven in teken van haar stond gedurende enkele maanden (en zoals dat bij Lize minstens 7 jaar geduurd heeft) en haar zou willen smeken om me een beetje graag te zien. 

Weet je, Lize was altijd heel onbereikbaar, wat mijn adoratie voor haar alleen maar aanwakkerde. Ze was een vlucht uit de realiteit. Ik was geobsedeerd, stalkte haar. 

Ik heb dit ooit aan Catharina verteld (in ‘het gesprek‘). Catharina zei daarentegen dat ik haar geen angst aanjaagde door dat te vertellen. Maar een weinig later liep alles spaak door haar vertrek bij de firma. Dat was enerzijds goed, want ik kon niet meer functioneren door haar aanwezigheid en dat ging zeer ver. Anderzijds heb ik wel het gevoel gehad dat ze me veel zou kunnen leren over mezelf. Al woog dat op dat moment niet op tegen de negatieve gevolgen die ze had op mijn functioneren. Ondertussen sta ik op emotioneel vlak toch weer een stuk verder dan toen. Misschien ben ik er nu meer klaar voor?

Misschien ben ik echt op zoek naar een manier om in het reine te komen met mijn verleden. Misschien is Lize daarvoor niet de juiste persoon? Misschien gebeurt daarom dit ‘ding’ in mijn hoofd wat betreft Catho. Misschien heeft zij antwoorden? Veel vragen. Geen antwoorden.

Ik weet het niet. Maar ik weet wel dat ik wil luisteren naar wat ík nodig heb. En dat zoek ik nu uit.

En wat nu?

Het doet me goed om me weer even in die periode te verdiepen. Ik heb in totaal maar 6 maanden met Catharina samengewerkt voor ze een job aannam buiten de firma, maar het was heftig en het betekende iets. 

Uiteindelijk heeft ze op mijn bericht gereageerd dat ze misschien wel eens iets met mij wou gaan eten. Maar ik heb haar zowat uit mijn geheugen gebannen sinds de laatste dag dat ik haar zag. Ik ben toen ook heel abrupt gestopt met mijn blog en vervolgens een nieuwe (huidige) begonnen.

Tot nu… Verdringing is nooit de oplossing. Het is weer boven gekomen. En het laat me duidelijk niet los. Ze beheerst mijn gedachten. 

Ik weet dat ik haar zal contacteren, al voelt het niet helemaal comfortabel aangezien Lize niet reageert. Wat is dat met mij en die vrouwen die ik niet kan loslaten? Het lijkt wel alsof ik een ganse resem aan verliefdheden heb gehad, maar dat klopt niet. Lize was er van 1996 – 2003. Mien was er van 2010 – 2014.  Catharina in 2015 – 2016. En ik was samen met Stan van januari 2003 – januari 2017. Dit plaatje klopt toch ook echt niet. Mijn leven was zo’n chaos. 

Ik wil het anders nu. Ik wil een zuivere relatie met Hanne (of wie dan ook) en daarom wil ik zo’n zaken graag afronden. Al vraag ik me soms af of ik wel de juiste dingen doe daarvoor. 

Ik ga er een nachtje over slapen.

31 maart 2016 – blogpost uit het archief (9)

Eén week later…

Ik heb nauwelijks stilgestaan.  

Ik heb afscheid genomen van Catharina, maar kan nog steeds moeilijk zeggen hoe ik me daar nu precies bij voel.  Ik ben wel blij dat ik het op een propere manier heb afgerond met haar.  Al doet het ook pijn.  Ergens is er ook de opluchting owv de rust die het met zich meebrengt.  Bij Mien destijds ging het net zo, en dat 5 jaar aan een stuk: elke dag die spanning, de emoties, zal het wel goed lopen tussen ons vandaag?  Bij Catharina was dat ook zo en zij was mijn chef.  Het maakte mijn job met momenten erg uitputtend.  

Het afscheid van Catharina was eveneens de kennismaking met mijn nieuwe chef, Bert.  Ik heb hem sindsdien niet meer gezien, maar de start met hem was voor mij een afknapper.  Te macho, teveel testosteron.  Dat is iets waar Catharina me nog gevoeliger voor gemaakt heeft.  Ik weet nu absoluut zeker dat ik wil leidinggeven vanuit mijn kwetsbaarheid en kracht, niet vanuit macht.  

18 maart 2016 – blogpost uit het archief (8)

Een slag in mijn gezicht.  Catharina verlaat de firma.  Ik wil het verhaal niet weer vertellen.


Sms naar Ina:
Ik voel me een brok ellende.  Wat een dag.  Zvw verg in tongerlo.  Catharina kondigt aan dat ze een nieuwe job heeft buiten de firma.  Ik ben beginnen wenen.  Een half uur later heb ik mij herpakt omdat ik nu wel de kans heb om haar te vragen eens iets te gaan drinken zonder dat werkgedoe. ’s Middags drank en na de vergadering nog drank.  Ze kwam toen bij mij zitten.  Het was ongelooflijk tof.  Zij vertelde wat meer over zichzelf, ik ook.  Veel gelachen.  Ik ben net thuis.  Een half uur geleden heb ik haar een sms gestuurd: ‘Hej Catharina, misschien wacht ik beter met deze vraag, maar ga ze toch al stellen. Ik zou het enorm jammer vinden mocht het hier gewoon stoppen en zou je graag wat beter leren kennen in een andere context.  Als je mijn chef niet meer bent, kunnen we onder ons misschien ook eens iets gaan drinken/eten?  Alle respect als je daar geen behoefte aan hebt natuurlijk.’
Nog geen antwoord gekregen.  Geen idee of dat goed of slecht is.  Maar wel blij dat ik dit gevraagd heb.  Ik heb koppijn, heb wellicht iets teveel gedronken en voel mij zoooo slecht.  Het gaat niet goed met mij laatste weken.  Ik ben het zo beu om mij zo te voelen.  😦 😦  Xxx

Ik heb mezelf gesneden.  Het is genoeg geweest.  Ik kan niet meer.  Ik stik wellicht in zelfmedelijden, maar dat is dan maar even zo. 
Ik zie er precies uit zoals ik wou: lijkbleek en half high door endorfines.  Een geest of zo.  Bijna mager. 
Ergens weet ik dat ik moet blijven geloven. Vooral in mezelf.  Momenteel vind ik het alleen maar zo unfair, zo verdoms kl***.  Ik voel me doodongelukkig.

4 maart 2016 – blogpost uit het archief (7)

Plots ruik ik haar en mijn maag knijpt samen.  

Ze vernoemde me op de facebookpagina van mijn werk.  Dit is het eerste wat ik van haar hoor sinds ons gesprek.  Zo’n attent en mooi gebaar.  

Ik voel me al dagen zweven tussen hemel en hel.  Alsof ik vecht tegen de bierkaai.  Misschien mag en moet ik niet vechten tegen al deze gevoelens, maar wat doet dat met mijn dagelijks functioneren?  Ik voel heel goed aan dat dit geen einde is.  Het is opnieuw een lange, moeilijke, maar hopelijk ook mooie weg.  Het laatste woord is nog lang niet gezegd.  

Ik ben een emotioneel wrak.  Ik zie haar graag.  Zo graag.  Wat een geweldige madam is ze.  

1 maart 2016 – blogpost uit het archief (6)

Zonet had ik het gesprek met Catharina.  

Het moet nog zakken.  Het was positief, denk ik.  Het enige dat misschien wat minder goed aanvoelt, heeft te maken met het feit dat ik in haar zo graag een vriendin wou hebben.  Dat ze zo goed ruikt.  Alle redenen waarom ik dit gesprek was aangegaan eigenlijk: om dit soort gevoelens in te perken.  Dus dat moet ik voor ogen houden.  

Ze zei wel iets moois: ‘Ik zie je graag, binnen de grenzen wel.  Ik heb dat met sommige mensen.  Maar binnen de grenzen natuurlijk.’  

Ze zei ook dat ze niet bang was nu, of zo.  Dat ze het moedig vond.  Alle begrip eigenlijk.   

Maar ze bakende ook de situatie op een bepaalde manier af.  Een zachte, fijne manier eigenlijk, maar omdat het een moeilijk punt voor mij is, kwam het iets harder dan zacht binnen.  

Eigenlijk mag ik blij zijn.  Het kon niet beter lopen dan dit.  Alle negatievere gevoelens moet ik nu gewoon een plaatsje geven en ombuigen in iets positiefs.  Want die gevoelens liggen bij mij en daar kan zij niets aan doen. 

3 februari 2016 – blogpost uit het archief (5)

Ik ben mezelf niet.  Ik gedraag me als een kip zonder kop in haar buurt.  Stuntelig.  Aanhankelijk.  Afstandelijk.  Ik maak geen goeie indruk.  Ik haat haar.  Ik hou van haar.  Ik ben kwaad.  Ik ben verdrietig. 

Ze ergert me op bepaalde vlakken.  En op andere vlakken charmeert ze me. 

Soms denk ik: in andere, niet professionele omstandigheden zou ik nooit met haar omgaan.  Te weinig moederlijk.  Te vrijgevochten. Te alternatief.  Te nuchter.  Te onkwetsbaar. Te hard. Teveel zelfvertrouwen. 

Zucht.

En toch zal ik hier een weg in moeten vinden.  Volgende week heb ik twee weken verlof.  Rust.  Weg van haar, haar mails, haar stem, haar aanwezigheid in al wat ik doe. 

Mijn afkeer is momenteel groter dan mijn sympathie voor haar.  Natuurlijk heeft dat vooral met mezelf te maken.  Ze geeft me een slecht gevoel over mezelf. 

24 januari 2016 – blogpost uit het archief (4)

Er gebeurt iets met me.  Sinds Catharina mijn chef werd, zet ik opnieuw stappen.  En dat is geleden van het verhaal met Mien dat 5 jaar geleden begon en stilaan zijn plaatsje heeft gekregen. 

Catharina doet iets met me.  Het raakt me tot in mijn ziel. 
Gisterenmorgen belde ze me.  Naast enkele andere zaken vroeg ze me hoe de zvw (zaakverantwoordelijke) vergadering geweest is voor mij.  Ik ben daar weer beginnen huilen als een kind.  Dat ik er van heb wakker gelegen, dat ik het gevoel heb dat het zo niet kan blijven duren, dat ik me moet herpakken, dat ik ’s nachts had overwogen om een gesprek met haar (Catharina) aan te vragen, dat ik last heb van bepaalde demonen maar er de vinger niet op kan leggen, dat ik niet weet of zij me wel kan helpen, dat ik niet over haar grenzen wil gaan, dat het met X (mijn vorige chef) zo is misgelopen, dat hij zich aan me ergerde, dat hij ondermeer riep ‘dat hij hier weg is’.

Catharina was opnieuw zo begripvol.  Ze vertelde bepaalde zaken over haar gestalttherapie.  Vertelde dat ze zich nooit aan mij zou ergeren, dat ik niet bang mag zijn om over haar grenzen te gaan, dat ze nooit zal weggaan zoals X of ermee dreigen.  En ik geloof haar. 

Ik probeer het gevoel dat ik heb naar haar te analyseren en de link te leggen met de gevolgen van parentificatie. 
Ik zal nooit goed genoeg zijn voor haar.
Ook dat heeft ze al meer dan eens ontkent: ‘ik voel me niet meer dan jou en dat zal ook nooit anders zijn’.  Ik geloof haar.

Een gapende wonde is zichtbaar.  Ze gaat er heel voorzichtig mee om.  Verzorgt het met liefde. 

Het kind in mij blijft maar huilen.  Ze heeft zoveel verdriet en ik wil haar omhelzen, al is dat nog erg moeilijk.  

22 januari 2016 – blogpost uit het archief (3)

Het gaat niet goed met mij. 

Vandaag was er zaakverantwoordelijkevergadering en ik kan hoe langer hoe minder mezelf zijn.  Catharina’s aanwezigheid is de grootste oorzaak.  Mijn gedachten waren erg destructief vandaag.  Ik moet hier iets aan doen.  Dit kan niet langer.  

Een gesprek met Catharina dringt zich op.  Ik weet niet wat ik kan verwachten.  Ze zegt wel dat ze geen grenzen heeft, maar mijn probleem met haar is enorm privégerelateerd.  Een gevecht met mijn demonen waar zij maar weinig aan kan verhelpen.  

Ik moet het haar vragen, of dit kan.  Het enige wat keihard zou zijn, maar wel zou werken, is dat zij zich zou beginnen ergeren aan mij.  Dan kan ik afstand nemen.  Nu voel ik me waardeloos.  

Stel dat ze blijvend begrip heeft, dan weet ik niet waar het heen zal gaan.  Ze is Mien niet, kan geen vriendin zijn.  Ze is mijn chef, mijn meerdere.  Ik weet niet of ze me kan helpen.  Al wens ik zo erg dat het wel kan.